De offshoresector heeft een grote variëteit aan mogelijkheden. De voornaamste doelstellingen, zijn de verscheidene booreiland en dergelijke gegevens voor oppomping van olie en gas. Deze fossiele brandstoffen zijn van groot belang voor alle landen van de wereld. Het gebruik en bijkomende kostprijs heeft echter een bilaterale invloed, zowel economisch als ecologisch. Europa wil echter op beide trachten te werken. Deels onafhankelijk worden van de grote belangrijke energieleveranciers, levert een constant economisch segment op, waarbij veranderlijke olieprijzen, gedeeltelijk opgevangen kunnen worden door dat –gecreerde- segment. Anderzijds zijn de doelstelling van de groene energie ook aanwezig, waarbij Europa een percentage van de totale energieconsumptie uit hernieuwbare energiebronnen moet halen. De ‘European Wind Association’ heeft een policy uitgeschreven betreffende ‘offshore wind power in Europa’.
De technologie is gesteund op de aan wal wind technologie, en zijn uitbouw voor offshore heeft participatie nodig van andere sectoren. Offshore olie en gas werktuigen en technieken. De logistieke talenten van de offshore dienstverleners, transmissie van systeem operatoren en de infrastructuurtechnologie van de energie-industrie. We zijn echter bezig op lange termijnvoorwaarden en prospectie einde 2020. De sector zal echter voor belangrijke uitdagingen staan. Vooral de uitdaging van de ontwikkelde technieken, als het tekort aan getalenteerde en gediplomeerde personeelsleden. De tekorten op vlak van secundaire hulpbronnen, voornamelijk gericht op de maritieme sector. De verscheidenheid aan schepen die nodig zullen zijn voor het tot stand komen van die -grote- windmolen parken in de zee.
Verscheidene studies zullen moeten verricht worden in het teken van de invloeden van dergelijke projecten op de lokale omgeving. Zowel maritiem als ecologisch aspect.
De potentiële eigenschappen van de wind energie zorgen voor een opwaardering van de economie en creatie van jobs, zowel voor het maritieme offshore gedeelte als aan wal.
Ten aanzien van het beperkt aantal van projecten, is de impact nog niet kunnen waargenomen worden. Offshore wind projecten hebben als ervoor gezorgd dat er jobs in de omgeving gecreëerd werden in regio’s, waar ten gevolge van verminderde contracten voor scheepswerven, verminderde visserij-activiteiten of het algemeen vertragen van andere sectoren, een hoge werkloosheidgraad hebben. We gaan er echter van uit dat de ontwikkeling van offshore wind energie een sterke impuls zal geven aan de creatie van werkgelegenheid en regionale ontwikkeling. Natuurlijk leidt dit ook naar een ontwikkeling in de maritieme activiteiten. Europas is rijk aan marine bronnen, die een direct effect hebben op het leven en welzijn van de bevolking van Europa. De helft van de bevolking op het continent leven op minder dan 50 km weg van de kustlijn. De inkomsten van Europa liggen of worden gegenereerd door het maritieme aspect. ( ‘An Integrated Maritime Policy for the European Union’ – European Commissi, October 2007 ) In een groot aantal deelstaten van de Europese Unie is er een sterke stijging waarneembaar van de Maritieme economie, die zelf de algemene overkoepelende economie overstijgt, vooral bij gebieden waar de activiteit op maritieme logistiek gebaseerd zijn. Deze nieuwe sector van de offshore wind energie zal nauw moeten samen werken met het maritieme offshore aspect van olie en gas industrie. Nieuwe regelgeving, opleidingen , management, nationale en internationale wetten, kwaliteitsverzekering, veiligheid en veel andere aspecten zullen (her)bekeken moeten worden.
Uk Offshore oil and gas sector (UKOOA) heeft het initiatief genomen. ‘Supply chain code of practice’ is het algemeen document geworden die de condities van de sector bevat.
Voorafgaand, we naar de situatie zullen gaan van de aanleg van het windmolenpark voor de Belgische kust nog één kleine mededeling betreffend de omgeving en planning. Zelf voor de algemene planning van windmolenparken voor de kusten van staten, moesten er een groot aantal issues besproken worden. De legale rechten en toewijzingen van de kustzones werden besproken. De 12 mijlen regel (22.5 km) is de afstand van de kustlijn, en is van negationeel belang voor de uitbouw van een offshore faciliteiten en infrastructuur. De aangebrachte wijzigingen moeten nog in orde stemmen met de nationale wetgeving. Verder hebben de verschillende lidstaten de verdergaande zone, de EEZ (Economic Exclusive Zone) betreffende deze zone bestaat nog wat juridische onevenheid. Er mag een verdere ontwikkeling zijn in deze zone, maar er moet vermijd worden dat onderzoekers of de industrie delen van de zone opeisen, indien zij niet bijdragen of progressief bezig zijn met een project.
België heeft natuurlijk zijn verplichtingen omtrent de hernieuwbare energie na te streven.
Voor de Belgische kust ligt dan ook de Thorntonbank, een 29 km ongeveer voor de kust van Zeebrugge. C-power is het bedrijf die de opdracht heeft verkregen, voor de aanmaak van het project. Het project zal in 4 grote operaties opgesplitst worden. We bekijken de 4 verschillende operaties en een stand van zaken op vandaag. Eerst en vooral, wordt de windturbinefundering op de werfsite gebouwd. De zeebodem waarover het windmolenpark zicht bevind met voorbereid worden, op de installatie van de windturbinefunderingen. Na de zeebodem voorbereid is, kan het transport en installatie van de GBF (zijn de betonnen funderingen) waarop de windturbine zal aangebracht worden in de laatste fase.
De bodem van de Thorntonbank bestaat uit een toplaag van los zand met daaronder consistenter materiaal. Om de windmolens op vaste bodem te funderen, zal eerst het zand moeten worden weggebaggerd tot in de consistente laag. Het verwijderde zand wordt vlakbij op de zandbank tussengestockeerd om nadien te worden hergebruikt voor het heraanvullen van de funderingsputten. Wanneer de funderingsputten aangebracht zijn, zal Tideway met haar valpijpschip ‘Seahorse’ een steenslagfundering in twee gescheiden lagen aanbrengen op de bodem van de funderingsputten.De steenslag wordt onder strikt gecontroleerde omstandigheden op de bodem aangebracht. De toplaag moet worden afgewerkt met een punctuele nauwkeurigheid van ongeveer 5cm teneinde de horizontaliteit van het funderingsbed te verzekeren. Op deze steenslagfunderingen worden de GBF’s gepositioneerd.
De GBF’s worden één voor één aan land verreden naar de kaai. Een kraanschip zal de GBF’s ophijsen en vervoeren naar de Thorntonbank. Een zeer nauwkeurige plaatsbepalingssysteem zal gebruikt worden om de GBF’s te laten afzinken op de voorziene plaatsen. De cyclus van één operatie zal ongeveer -bij goede weersomstandigheden- twee dagen in beslag nemen. Via een gestuurde boring vanop een hefeiland werd alreeds een wachtbuis getrokken onder de duinen door ter hoogte van Bredene. Aan de zeezijde zal de wachtbuis in cofferdam structuur worden vrijgegraven om er de hoogspanningskabel door te trekken. Het vervoeren van de windmolens op de GBF’s worden allemaal verricht door hefeilanden. Alle onderdelen voor één windmolen worden in één transportoperatie vervoerd. De manier waarop de onderdelen op het hefeiland worden geplaatst is uiterst belangrijk voor de stabiliteit van het hefeiland. Eén hefeiland staat in als stabiel montageplatform. Een speciale kraanconstructie wordt op het dek gemonteerd om de windmolens te assembleren. Eerst worden de twee torens op de GBF geplaatst. Vervolgens komt het zwaarste stuk, het hijsen van de gondel tot op een hoogte van 100m boven de zeebodem. Nadien worden de wieken en de rotor op het ponton geassembleerd en vanuit horizontale positie gehesen naar een bijna verticale stand, gedraaid en gepositioneerd zodat ze vast gemaakt kunnen worden op de as van de gondel. 7 op 7 en 24 op 24 wordt er vervoerd en gemonteerd. Voor het transport en de montage is permanent 60 man aanwezig.
Aan boord van de twee hefeilanden is voldoende accommodatie voorzien om iedereen te huisvesten. Voor het leggen van de hoogspanningskabel zal er gebruik gemaakt worden van sleephopperzuiger die een sleuf zal uitbaggeren. Dit delicaat werk zal verricht worden in één van de drukste bevaren vaargeulen ter wereld. Er zal dwars op de vaarrichting gebaggerd moeten worden. Gezien het intense scheepvaartverkeer zal nauwgezet overleg gepleegd worden met de Dienst Scheepvaartbegeleiding. Een zeekabel brengt de geproduceerde elektriciteit van de windturbines onder hoogspanning naar het bestaande netwerk aan land brengen. Er wordt van land naar zee gewerkt. De kabel wordt eerst door de aangelegde wachtbuis onder de duinen getrokken. Een traject van 38.7 km vanaf de kustlijn naar het windmolenpark. Het leggen en ingraven gebeurt in één beweging. De kabellegger trekt een gigantische zeeploeg achter zich mee, waarbij de ploeg de hoogspanningskabel ingraaft tot een diepte van circa twee meter. De kabel blijft op deze wijze beschermt tegen mogelijke schade van onder meer scheepsankers en visnetten.
Dit werk is tot stand gekomen voor specialisatie
Bijzondere Schepen: Offschore, RoRo en Baggervaart
Docent Kapt. Y. Janssens
zaterdag 7 februari 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten